“Een praatje maken met iemand uit de buurt.”
Wat beheers je na het behalen van deze competentie?
Je kunt iemand begroeten
Je kunt een praatje maken (bijvoorbeeld over het weer)
Je kunt reageren als iemand een praatje met je wil maken
Je kunt een praatje afronden
Hoe gaan we aan de slag?
Praktijkopdracht
Praktijkopdracht: een praatje maken met iemand uit de buurt.
Maak een praatje met iemand uit de buurt. Bijvoorbeeld een buurvrouw, een moeder van een vriendje van je kind of iemand bij de supermarkt. Kies uit de thema’s die je geoefend hebt: het weer, het weekend, de koffie, je familie, een compliment of de kinderen. Neem het gesprek vervolgens op en upload de opname in het digitale portfolio.
Enkele andere voorbeelden van competenties uit dit domein
- Ik kan een afspraak maken
- Ik kan persoonlijke gegevens opschrijven (op een formulier of op internet)
- Ik kan informatie vragen in het buurthuis
- Ik weet hoe ik taalcontact kan maken, zodat ik beter Nederlands leer spreken